Voor de één klinkt het als een ramp, voor de ander is het een echte droomwoning. Tiny houses zijn de laatste trend op de Nederlandse woningmarkt. Toen de ‘Tiny House Movement’ in 2016 vanuit de Verenigde Staten overwaaide naar Nederland doken de eerste microwoningen op. Bewoners omarmen met de kleine, betaalbare woningen een duurzame en minimalistische manier van leven, om zo hun ecologische voetafdruk op de aarde verkleinen.
Tiny house zijn kleine woningen op een stuk grond van maximaal vijftig vierkante meter. Over het algemeen hebben de meeste tiny houses tussen de 10 en 28 vierkante meter woonoppervlakte. Daarboven wordt meestal gesproken van ‘small houses’. Er is geen uitsluitende definitie van wat een tiny house precies inhoudt, maar er zijn wel typische kenmerken te noemen. Wat wel zeker is: je kunt er betaalbaar, duurzaam én milieuvriendelijk in wonen. De meesten worden als koopwoningen vast bewoond, maar er bestaan ook tiny huurhuizen en vakantiehuisjes.
Ondanks de beperkte ruimte is een tiny house een vrijstaande, volledig zelfstandige woning, met een woonkamer/keuken, slaapkamer en badkamer. Door de kleinere woonoppervlakte gaan bewoners bewuster om met de ruimte die ze hebben. Het past perfect bij de filosofie van een minimalistische manier van leven, zonder overbodigheden. In een kleine woning heb je minder plek voor spullen die je toch niet gebruikt. Bovendien ben je in een kleinere woning eerder geneigd om naar buiten te gaan. De meeste tiny housers hebben ook een eigen moestuin, waardoor ze vaak buiten te vinden zijn. Sommige tiny houses staan op wielen en zijn verplaatsbaar, maar dit is geen vereiste.
Tiny houses zijn technische hoogstandjes. Bij de bouw ervan worden de modernste technieken om er zo duurzaam mogelijk te kunnen wonen. Daarvoor wordt natuurlijk en/of gerecycled materiaal gebruikt. Omdat je weinig vierkantere meters tot je beschikking hebt, moet je binnen slim de ruimte benutten, met een efficiënte inrichting, multifunctionele meubels en creatieve opbergruimtes. Een tiny house wordt vaak speciaal gebouwd voor of door de bewoner, daarom worden er veel unieke woningen gebouwd.
Typisch aan deze manier van leven is de aandacht voor duurzaamheid. Minder consumeren, minder afval produceren, minder gas, water en licht verbruiken, en veel recyclen en hergebruiken. Veel tiny houses zijn zelfs volledig zelfvoorzienend. Bewoners wekken hun eigen stroom op en filteren hun eigen drinkwater. Een tiny house is dan ook vaak uitgerust met zonnepanelen, een warmtepomp en een groen dak voor betere isolatie. Je kunt dus volledig off-grid wonen. Dat betekent dat je niet aangesloten bent op het aardgas-, water, riool of elektriciteitsnet.
Een kleiner huis kost minder geld en materiaal om te bouwen. Bovendien staat het maar op een klein stukje grond. Hoe duur een tiny house is, kan alleen wel behoorlijk verschillen. De kosten kunnen uiteenlopen van 15.000 tot 90.000 euro. Als je de woning laat bouwen is het waarschijnlijk duurder dan wanneer je ‘m zelf bouwt. Wel is wonen er stukken goedkoper dan in een gewone woning. De woonlasten zijn zo laag mogelijk, helemaal wanneer je volledig zelfvoorzienend woont. Bovendien kun je er zonder hypotheek wonen, waardoor je meer financiële vrijheid hebt.
Bekijk ook: Tiny house: iets voor jou?
Er bestaat nogal wat verwarring over het verschil tussen een microwoning en een tiny house. Het zijn beide mini-woningen, maar zijn toch wat verschillen op te merken. Microwoningen zijn appartementen, met meestal tussen de 30 en 40 vierkante meter woonoppervlakte. Vaak bevinden zich meer van deze woningen in een complex. Ze zijn dus niet vrijstaand, zoals bij tiny houses wel het geval. Je hebt meestal wel een balkon, maar nooit een tuin. Wat tiny houses en microwoningen wél gemeen hebben, is de efficiënte inrichting en duurzame stijl van wonen.